Landgoed De Vlaminckhorstweg, bij de meeste Heinoërs beter bekend als het ‘Bouwhuisbos’ en de naastgelegen aan de N35 grenzende percelen, is een landgoed van 20 hectare dat grenst aan de bebouwde kom van Heino.

Het is een oud landgoedbos met een hoofdlaan, een oude beekloop, enkele weilandpercelen en een wetering. Veel inwoners van Heino – jong en oud – weten het landgoed te vinden: het landgoedbos wordt veel gebruikt om in te recreëren, te ontdekken en te beleven.

Naast landgoed De Vlaminckhorstweg ligt het landhuis De Vlaminckhorst. Historisch behoorden beide tot één landgoed. Sinds vorige eeuw is het historische landgoed opgesplitst in twee landgoederen. Het landgoed De Vlaminckhorst bestaat uit een boerderij, spieker, hooggelegen akker en landschapstuin.

Een vitaal & gevarieerd landgoed,
met ruimte voor mens, plant en dier.

Visie

Landgoed De Vlaminckhorstweg is vanaf het midden van de jaren ‘80 geleidelijk eigendom geworden van de familie Oortwijn. Naar eigen inzicht heeft de familie initieel het bosgebied beheerd. Om het landgoed zo goed mogelijk in stand te houden en verder te kunnen ontwikkelen, is er enkele jaren geleden een landgoedbeheerplan geschreven. In dit plan, ontwikkeld door Landschap Overijssel, zijn duurzaam (cultuurhistorisch) behoud van het landgoed en het versterken van natuurwaarden belangrijke onderdelen.

De visie en het gewenste eindbeeld voor landgoed De Vlaminckhorstweg is een vitaal en gevarieerd landgoed met ruimte voor mens, plant en dier. Het landgoed kent een aantal kenmerkende elementen als cultuurhistorische dragers. Voorbeelden zijn de centrale laan, de hakhoutpercelen op rabatten, de historische padenstructuur en de vloedgrave. Voor zover mogelijk blijven deze kenmerkende elementen behouden óf – waar mogelijk – worden deze hersteld.

Naast het beheer en onderhoud dat landgoed De Vlaminckhorstweg weer in haar oorspronkelijke ontwerp herstelt, wordt gestreefd naar meer biodiversiteit.

Biodiversiteit

Dieren en planten vormen een leefomgeving waarin ze samen leven en van elkaar afhankelijk zijn. Samen vormen ze een voedselweb. Landgoed De Vlaminckhorstweg geeft dieren de ruimte om zich voort te planten en te schuilen. Zo wordt het landgoed een ‘natuuroase’ op zich, maar ook voor de wijde omgeving. Ook de nabij gelegen Dorpsboomgaard speelt hierin een belangrijke rol: de dieren begeven zich immers in een grotere ruimte dan een bosgebied alleen. Voor woon-, nest-, voortplantings-, schuil- en rustmogelijkheden voor kleine dieren die in en rond het landgoed (kunnen) leven, zijn zoveel mogelijk structuren van belang. Denk aan natte en droge plekken, levend en dood hout, geleidelijke overgangen tussen bomen en struiken, kale en begroeide stukken grond en zonnige en schaduwrijke plekken.

Historie

Waar de naam Vlaminckhorst vandaan komt, is niet bekend. Met een ‘horst’ wordt wel een hoogte in een lager gelegen stuk land aangeduid. In de 13e eeuw werden boerderijen gebouwd op de grens van de hoge en de lage gronden: alleen dáár kon zonder gevaar van overstromingen gebouwd worden. Die hogere gronden waren te vinden langs de huidige Zuthemerweg, Zwolseweg, Van der Capellenweg (de toenmalige Sandsteeg) en Lemerveldseweg. Volgens de geschiedenis stond er in de 15e eeuw al een boerderij met de naam Vlaminckhorst (of een afgeleide daarvan). Dit was het begin van het ontstaan van Heino.

De ‘Holleweg’ – De Vlaminckhorstweg ter hoogte van de Vlaminckhorst

Vlaminckhorst

Op 27 april 1444 werd de naam van de boerderij voor het eerst vermeld. In een verzoekschrift wordt dan gesproken over een erve en goed, genaamd Nyelant met de Vlemynchorst.

De Vlaminkhorst kwam in 1816 in bezit van de Zwolse notaris en dichter Lubbertus Rietberg (1783-1826). Het landgoed is (op een jaar na) twee eeuwen lang in de familie gebleven, die het verpachtte. Erfgenaam Lambertus Johannes Rietberg (1870-1924), jurist, bracht het een eeuw later tot waarnemend gouverneur van Suriname.

De noordstorm giert, de winden blazen
en huilen om mijn venster heen.
De hagel klettert op de glazen
en smijt mijn bloemperk ondereen

Uit het gedicht ‘Een gure herfstdag op het land’ – Lubbertus Rietberg


De Vlaminckhorstweg heette vroeger de Bouwhuissteeg. Al in de achttiende eeuw, of nóg eerder, werden bij de meeste landgoederen landschapstuinen aangelegd. In deze periode werd bij het historische landgoed de lange, rechte laan vanaf de Bouwhuissteeg (nu Vlaminckhorstweg) tot aan de Weversteeg (nu Weversweg) aangelegd. Het woord ‘steeg’ kwam van oorsprong vooral op het platteland voor. Het is vanuit de geschiedenis verwant aan het woord ‘stijgen’ en werd gebruikt voor paden die naar een hoger gelegen stuk land liepen – zoals van een oever naar een dijk.

Vlaminckhorstweg in vroegere tijden

De hogere gronden op het landgoed waren in gebruik als akkers; de middelhoge gronden als eikenhakhout (al dan niet met rabatten) of bos. De lagere gronden in de zuidoosthoek werden gebruikt als hooilanden. Op de oostgrens van het eigendom van het historische landgoed (nu aan de andere kant van de N35) stonden populieren. Vanuit de boerderij of de spieker kon je daarmee de grens van je eigendom zien.

Een weetje

Willem Bouwhuis (die eigenlijk Willem Evers heette), was (in 1790) getrouwd met Elisabeth Borgman. Zij was de dochter van Hendrik Borgman, die pachter was op de Vlaminckhorst. Willem werd de volgende pachter en werd in die tijd (begin 1800) Willem Evers an het Bouwhuis genoemd – naar ‘Erve Bouwhuis’, zoals de boerderij vroeger heette. Het bosgebied van landgoed Vlaminckhorstweg wordt door velen nog steeds ‘het Bouwhuisbos’ genoemd. 

Kenmerkende elementen

Op landgoed De Vlaminckhorstweg komen een aantal kenmerkende landgoed-elementen voor. Vanuit het perspectief van cultuurhistorisch beheer zijn deze erg waardevol. Een aantal historische waardevolle, kenmerkende elementen beschrijven we – met achtergrondinformatie – hieronder.

De lange, rechte laan

Aan de lange, rechte laan – die al voorkomt op de kadastrale minuutkaart van 1832 – staan aan beide zijden een enkele rij bomen. Het noordelijke deel bestaat uit inlandse eik met een geschatte leeftijd van 80 tot 100 jaar; het zuidelijke deel bestaat uit Amerikaanse eik met een geschatte leeftijd van 80 tot 90 jaar.

Vloedgrave (oude waterloop)

In de tweede helft van de negentiende eeuw veranderde het formele karakter van de tuin in een meer natuurlijke variant: de Engelse landschapsstijl. De rechte laan bleef behouden, maar op strategische plekken werd het landschap spannender gemaakt.

Waarschijnlijk is de oude vloedgrave in dit ontwerp meegenomen. Als slingerend waterelement, om het uitzicht op de hooilanden te begeleiden én voor de aankleding met bijzondere bruggetjes. Het idee was, dat op de overgang van zo’n bruggetje de wandelaar het (harmonieuze) landschap optimaal beleefde. De wandelaar ervaarde de slingerende vloedgrave als een ‘oneindige’ beekloop in de groene hooilanden. De rij knotwilgen accentueerde de beekloop. De andere kant opkijkend, werd de vloedgrave een diepe ‘bosbeek’ met grote bomen erlangs. 

Sterrebosch

Ten zuiden van de vloedgrave lag het Sterrebosch: een klein bos met formele rechte wandelpaden. Normaal gesproken kan een wandelaar via alle paden een ‘ronde’ wandelen, maar het is niet zichtbaar of dat hier oorsprokelijk ook is geweest.

Opvallend is dat de paden een ongelijke hoogte hebben: mogelijk waren een aantal paden minder belangrijk. Langs één van de ogenschijnlijk ‘ondergeschikte’ paden werd een boomboeketje (meerdere bomen in één plantgat) van drie Amerikaanse eiken geplant. Samen groeien de bomen uit tot één grote meerstammige boom. Amerikaanse eiken werden vaak voor hun hout aangeplant, maar ook om het landschap in de herfst te versieren met een prachtige rode kleur.

De groene kamer

Nadat de wandelaar de lange rechte laan had overgestoken, kwam deze in de Groene Kamer terecht: een productiebos op rabatten van eikenhakhout en naaldhout. Rabatten zijn langwerpige ophogingen, gelegen tussen greppels. De grond uit de greppels (ter ontwatering) werd gebruikt om de rabatten mee op te hogen. Deze methode werd toegepast om droge stroken te krijgen, waarop bomen geplant werden. De rabatten zijn vrij smal, maar wel tientallen meters lang.

De Groene Kamer werd in twee gedeelten verdeeld door de vloedgrave. Alleen het zuidelijke gedeelte is nog over; het noordelijke gedeelte is al voor de Tweede Wereldoorlog gekapt en omgezet in hooiland.Op de kadastrale minuutkaart van 1832 werd al melding gemaakt van deze hakhoutpercelen.

Houtwallen en singels

Een houtwal is een opgeworpen wal die begroeid is met bomen en struiken. Het belangrijkste doel van een houtwal was bijna altijd het afschermen van akkers en weilanden. Zo konden schapen, ander vee en wild niet (ongewenst) het perceel oplopen. Meestal werden houtwallen op perceelscheidingen aangelegd, zodat de percelen meteen gemarkeerd waren. Op landgoed Vlaminckhorstweg zijn er houtwallen langs perceelscheidingen én, mogelijk, op historische grenzen.

De breedte van de houtwallen op landgoed De Vlaminckhorstweg is gemiddeld 3 tot 4 meter. Aan weerszijden van de houtwallen loopt vaak een greppel. Meestal volgen houtwallen natuurlijke overgangen in het veld. Ze volgen bijvoorbeeld de grens tussen twee bodemsoorten, de grens van nat naar droog of van hoog naar laag. Ook kan het als  begeleiding van een beek zijn.

Een houtwal leverde hout op, wat noodzakelijk was voor de boeren. Hierdoor ontstonden ook hakhoutwallen. Elke 10‐15 jaar werden de bomen op de wal afgezet en werd het hout gebruikt. De functie van de houtwallen is grotendeels weggevallen. Dit komt door de uitvinding van prikkeldraad, de komst van aardgas, schaalvergroting en ruilverkavelingen. Veel houtwallen zijn daardoor, in Nederland, verdwenen. Dit gaat ten koste van de identiteit én de ruimtelijke kwaliteit van het landschap.

Es, esgronden en esranden

Ten noordoosten van het landgoed liggen esgronden. Een deel van deze historische esgronden is nog (redelijk) intact, waaronder de es behorend bij landgoed De Vlaminckhorstweg. De es is nog goed herkenbaar door de hogere ligging ten opzichte van de overige gronden. Om de essen lag een esrand, die twee functies had: het voorkomen van zandverstuiving én vee binnen en wilde dieren buiten houden.

Met de subsidie die we hebben ontvangen van het SBNL natuurfonds herstellen we de oude esrand en brengen we het kenmerkende coulisselandschap terug.

Bronvermelding
4
Martin van Wijngaarden
jpgvlaminckhorstweg_bomenlaan info
jpgvlaminckhorstweg_verzanden_1 info
jpgrabatten_kopie info
jpgvlaminckhorstweg_weversweg_2 info
1
Landschap Overijssel
pngSchermafbeelding 2023-09-26 om 14.45.56 info