Afgelopen weekend was mijn kleindochter Liv uit Zweden bij mij om afscheid te nemen van haar opa. Liv zei dat ze in een bedstee in een B&B in Luttenberg had geslapen. Ze vond het heel leuk. Ik zei dat ik ook een keer in een bedstee had geslapen. Met 7 kinderen in de laatste nacht van de oorlog.
We lagen toen echt in de frontlinie. Als ik uit de bedstee naar buiten keek, zag ik de Duitsers al schietend langs het huis lopen richting het Bouwhuisbos. Want daar zaten de Canadezen. Zo’n 150 tot 200 meter verderop. Vanuit de bedstede was dit voor mij een zeer levensbedreigende situatie.
Vannacht werd ik wakker en dacht ik, ‘wat extreem’. 80 Jaar later was dit bos (onder andere) mijn meest levensverlengende situatie.
Waarom dit verhaal nu? Voor 3,5 jaar terug kwam ik bij mijn huisarts met heftige pijn en rugklachten. Wij zelf dachten aan een zenuw of spierklem. Na de nodige medische controles wees een scan het uiteindelijk uit. De oncoloog wond er geen doekjes om. ‘Mijnheer Oortwijn, u heeft een grote tumor in de alvleesklier. We kunnen u niet genezen.’
Op dat moment komt de dreun aan als een mokerslag. Mijn dochter Carmen en ik kijken elkaar aan en hebben er geen woorden voor. Maar wel dezelfde gedachten. We gaan niet bij de pakken neerzitten; we gaan ervoor. Na de verschillende afspraken met oncologen en andere specialisten, die telkens hetzelfde vertellen en tot dezelfde conclusie komen, is het duidelijk: er is geen genezing mogelijk. Zij geven allen aan, ‘denk vooral aan de kwaliteit van het leven’. Het is nu aan ons.
Ik hoop met mijn verhaal
iets positiefs te kunnen bijdragen.
We besluiten om direct een zenuwblokkade te doen. Hierdoor wordt het pijnsignaal niet meer doorgegeven aan de hersenen. En daarna chemokuren. De zenuwblokkade werkt direct voor 100%. De chemokuur valt redelijk mee en het belangrijkste – het slaat aan.
Met de zeer goede zorg van de kinderen, goede medische begeleiding, een positieve instelling en gezonde voeding, heb ik veel tijd gewonnen. Maar vooral de dagelijkse wandeling in het Bouwhuisbos – van een half uur, waarbij ik zelfs tien sprintjes trok – heeft veel gedaan. Veel dank aan dr. De Groot en de mensen van de afdeling oncologie van het Isala ziekenhuis.
Ik hoop met mijn verhaal hier, voor de mensen met eenzelfde boodschap, iets positiefs te kunnen bijdragen. Op mijn 80ste verjaardag kreeg ik van de kinderen een bankje in het Bouwhuisbos. Misschien wel één van de nuttigste cadeaus ooit. Hierop heb ik de laatste jaren veel vertoefd. Met veel bekenden uit Heino even bijgepraat.
Opvallend veel 50-ers en 60-ers die mij zagen, hebben de tijd genomen om even aan te schuiven. Vervolgens was het ‘Wat erg voor je, kan ik wat voor je doen? We hebben zoveel mooie uren bij je doorgebracht’. Zelfs was er één die zei ‘Je voelde voor mij als mijn tweede vader’. Dit doet de mens goed. Ook voel ik me wel een beetje trots de grondlegger te zijn van dit alles. Ik hoop dat de Heinoërs nog lang mogen genieten van dit steeds mooier wordende gebied aan de rand van het dorp, voor velen zo direct naast de deur.
Hierbij neem ik afscheid van jullie, met de allervriendelijkste groeten van
Gerda en Bart van de snackbar